Om f′(x) te berekenen vanuit eerste beginsels, gebruiken we de limietdefinitie van de afgeleide:
f′(x)=limh→0hf(x+h)−f(x)
Substitueer f(x) in de formule:
f′(x)=limh→0h−2(x+h)2+p−(−2x2+p)
Vereenvoudig dit:
=limh→0h−2(x2+2xh+h2)+p+2x2−p
=limh→0h−4xh−2h2
=limh→0−4x−2h
Wanneer we h laten toenemen naar 0, krijgen we:
f′(x)=−4x